In gesprek met ; Diek Pothoven

Dat het scherpe heroin chique randje van de modewereld uit de jaren ’90 nagenoeg is verdwenen wordt steeds meer duidelijk. Toch ziet ontwerper en creative director Diek Pothoven (28) ruimte voor verbetering. “Het commerciële fast fashion segment mag best wat sneller overstappen naar gemiddelde maten om zo een eerlijker beeld te verkopen. Als de massaproductie daarmee ook wordt afgeremd, dan is dat mooi meegenomen.” The Models Health Pledge sprak Diek over de Nederlandse mode-industrie, een geslaagde werkdag en zijn rol als Head of Fashion tijdens het Eurovisie Songfestival vorig jaar.

Is de Nederlandse modewereld een gezonde industrie?
“Ik denk proportioneel gezien dat het wel een gezonde wereld is. Het is een industrie waar veel gebeurt. Veel bedrijven hebben een commercieel doel en genoeg geld om dat doel te behalen. De mensen die daar werken hebben er baat bij dat alles er fris, gezond en vrolijk uitziet. De uitgemergelde grunch look is vrij passé. Er zijn zeker nog plekken waarover ik verhalen hoor dat ze het niet op orde hebben. Dat zijn voornamelijk jongere bedrijven die nog niet een onderliggende structuur van professionaliteit hebben bereikt. Rotte appels heb je altijd. Het cliché dat mode hard en vals moet zijn verdwijnt gelukkig. Het narige boomer randje vervaagt en op (film)sets zijn mensen uit de jongere generaties vriendelijker tegen elkaar.”

Hoe ziet een geslaagde werkdag er voor jou uit?
“Als er een goede sfeer is zonder stress. Dan merk ik altijd dat iedereen zin heeft om tot het uiterste te gaan. Ik probeer dat vooral te bereiken met het genereren van enthousiasme en vrolijkheid. Je voelt op de set heus wel aan of dat enthousiasme van meerdere kanten komt om iets creatiefs en moois te maken binnen de mogelijkheden van wat acceptabel is. Maar een creatief proces, iets wat een shoot hopelijk vandaag de dag nog is, vraagt daarom wel om een bepaalde mate van flexibiliteit. Het is dan ook niet altijd mogelijk dat iedereen, dus ook modellen, zich aan de vooraf gestelde werkuren kan houden. Dat hoort bij de modewereld, creatievelingen hebben die tijd nodig.”

Hoe draag jij zelf bij aan een gezonde en veilige werkomgeving?
“Ik denk vaak na of ik niet te streng ben en of ik dingen op een andere manier kan formuleren. Als ik iets op een andere manier wil, dan kan ik er een beetje omheen gaan draaien: ik word soms te beleefd of voorzichtig waardoor de situatie eigenlijk alleen maar ongemakkelijk en onduidelijk wordt. Ik vraag nu veel meer aan de mensen om me heen of ze de manier van werken fijn vinden. We moeten vind ik meer actief checken bij de ander: wat kan er anders? Daar heeft de #metoo-beweging natuurlijk bij geholpen. Mensen komen niet op je af, de meeste durven dat niet. Daarbij moet ik wel zeggen dat ik soms moeite heb met de cancelcultuur waarbij soms mensen onterecht publiek en zonder eerlijk proces worden veroordeeld waarbij kans op zelfcensuur toeneemt. Maar het heeft mensen wel mega alert gemaakt.”

Je werkt ook veel in het buitenland. Zie je daar verschillen in vergelijking met Nederland?
“Ja, vooral in Parijs en Milaan is de manier van met elkaar omgaan in werksferen nog veel traditioneler. Een contact van mij was bijvoorbeeld laatst in Italië voor een groot merk waar het team eindeloos aan het tuttebellen was tot 04:00 uur ’s nachts. Er was niet genoeg eten voor de modellen en ze konden ook niet tussen de shoots door ergens zitten. Dat kan natuurlijk niet, maar het gebeurt helaas nog wel. Er is in die landen een duidelijke hiërarchie voelbaar, dat zit daar echt ingebakken in de cultuur. Als je je plek in die pyramide niet in acht neemt en je houdt bepaalde poppetjes niet tevreden, dan kunnen mensen snel op hun tenen getrapt zijn en lelijk gaan doen. Daar word je moe van, maar we lachen erom als we het meemaken. De Hollandse nuchterheid haalt dan de hysterie en stress in zo’n situatie eraf.” 

Je was nauw betrokken bij het Eurovisie Songfestival in 2021. Hoe werd hier aandacht besteed aan mentale en fysieke gezondheid van (mode)professionals? 
“Ik was oprecht onder de indruk van de hele NOS, AVROTROS en NPO-machine die bij deze enorme productie betrokken was. Er is geen grotere televisieshow op tv en toch was er zoveel knowledge en care te voelen. Het moment dat je denkt de eindstreep is nog lang niet in zicht is het punt dat de glamour van het begin een beetje afbrokkelt en het keiharde werken om deadlines te halen begint. Precies op dat moment stond er een koerier met chocolaatjes voor onze deur. Ze weten uit ervaring hoe ze de spirit erin moeten houden en wanneer mensen extra hulp nodig hebben. Die ervaring zorgde ervoor dat de best potential van iedereen tot uiting kwam, ongeacht het formaat van de productie. Ik kan wel zeggen dat we allemaal nog nooit zo hard hebben gewerkt, maar met een ongelofelijke intrinsieke motivatie. Dat voelde heel natuurlijk.”

Tips voor (toekomstige) stylisten en creative directors met oog op de pledge?
“Mijn credo bij shoots en shows is: je hebt je team maar één dag waarop alles samenkomt. Als je op die ene dag onaardig uitvalt tegen iemand en zegt dat diegene het niet goed doet, dan heb je de rest van de dag niks meer aan elkaar en kan je net zo goed naar huis gaan. Mensen verstijven vaak van angst omdat ze te bang worden om te falen. De enige manier om op zo’n dag het beste uit iedereen te halen is pure positiviteit verspreiden.”

Diek Pothoven
Gefotografeerd door Chris Philippo – Eurovision2021

pledge

belofte

Het hart van dit platform is de Pledge:
dertien beloften over het verbeteren
van de gezondheid van modellen en
het streven naar de beste
werkomstandigheden voor iedereen
in de modebranche.

Wij hebben jou nodig!
Alleen in samenwerking met alle belanghebbenden van de industrie wordt The Model’s Health Pledge een succes en zal de gezondheid van modellen en de werkomgeving in de mode worden verbeterd!

meldpunt

Ben jij of een naaste in een ongezonde werksituatie in de modebranche terecht gekomen? Dan kan je hier (anoniem) een melding van deze zorgwekkende werkomstandigheden maken, zodat wij met de verantwoordelijke(n) aan een oplossing kunnen werken. Samen maken we onze industrie gezonder!